Voorwerk 4 is de vierde tentoonstelling in de reeks Voorwerk, Witte de With’s jaarlijkse tentoonstelling van werken van jongere kunstenaars. De reeks heeft tot doel om de eerste wezenlijke presentatie te zijn van op dat moment nog vrij onbekende kunstenaars. Voorwerk 4 omvatte de werken van de Nederlandse kunstenaars Robert Zandvliet (1970) en Martin Hiddink (1965).

René Magritte schreef in 1963: “Een beeld [tekst, schilderij, muziek, etc.] is geen uitdrukking van een gedachte. Het is de gedachte zelf, het identificeert zich met datgene wat reeds gedacht is”. Dit lijkt een gepaste omschrijving voor de werken van de jonge Nederlandse kunstenaars Martin Hiddink (1965) en Robert Zandvliet (1970) die in de serie Voorwerk gepresenteerd werden.

Van Martin Hiddink werden werken uit de serie Finestra sul mondogetoond. De basis voor deze werken vormt Hiddinks beschrijving van kunstwerken en tentoonstellingen aan een illustrator van een populair Italiaans blaadje. Met de vrije verbeelding van de anonieme kunstenaar als uitgangspunt creeerde hij vervolgens met behulp van de reproduktie-techniek zijn eigen beelden.La nascita del dolore, grote ‘huilende’ vazen, is een van de werken die in Finestra sul mondo geillustreerd werden en die daadwerkelijk door Hiddink gerealiseerd zijn.

De schilderijen van Robert Zandvliet zijn reincarnaties van objecten. Zijn afbeeldingen van eenvoudige dagelijkse dingen als een wagon, een wachthokje, een lantarenpaal, een ruit en een autospiegel werken op de tceschouwer in als waren het symptomen van de manier waarop mensen kijken. Het aanschouwen zelf moet leiden tot herkennen en kennen. Daarmee poogt Zandvliet het proces van het zien te determineren. De schilderijen van Zandvliet roepen herinneringen op aan beelden waarvan we dachten dat ze niet belangrijk waren of dat we ze vergeten waren.

De tentoonstelling Voorwerk 4 werd gedocumenteerd in Cahier #4.