Het destructieve gebaar, de diepe snede in de vloer, is één van Salcedo’s esthetische strategieën die Bal beschouwt als een wijze van ‘(ont)bouwen’. Hiermee pleegt Salcedo ingrepen in en verwijst ze niet alleen naar architectuur, maar ook naar sculptuur. Bal bespreekt de esthetische strategieën van Salcedo zonder deze te definiëren als opeenvolgende productieperiodes, omdat deze vaak samenvallen en elkaar versterken. Ze behandelt Salcedo’s strategieën afzonderlijk, om de complexiteit van haar kunst die wil ingrijpen in de wereld om ons heen, die politiek is omdat het esthetisch is en vice versa, te demonstreren. In Salcedo’s werk is er geen sprake van een spanning tussen kunst en politiek; in haar werk is kunst alleen kunst als deze ook politiek is.